Als je uit elkaar gaat, betekent dit dat jullie kinderen met een of twee nieuwe huizen te maken krijgen. Als ouders dichtbij elkaar gaan wonen, leidt dit vaak niet tot discussie. Hoe dichterbij jullie bij elkaar wonen des te makkelijker het voor jullie kinderen is. Maar wat als jij graag naar een plaats 30 kilometer verderop wil verhuizen? Of als je met de wens tot verhuizing van jouw ex-partner wordt geconfronteerd?
Idealiter maak je samen met jouw ex-partner afspraken over de verhuizing. Maar dat is niet altijd mogelijk. Als jullie het samen niet eens worden over de door jou of jouw ex-partner gewenste verhuizing, kan degene die wil verhuizen de rechter vragen om vervangende toestemming. Dat gebeurt in een zogenaamde artikel 1:253a BW procedure. Dit is een versnelde procedure waarbij je binnen 6 weken bij de rechter moet zitten en waarbij 4 weken na de zitting de uitspraak volgt. Is er meer haast bij een beslissing van de rechter? Dan zou je toestemming kunnen vragen in een kort geding. Een verzoek tot vervangende toestemming voor verhuizing kun je niet zelf bij de rechtbank indienen, daarvoor heb je een advocaat nodig.
De rechter zal bij de beoordeling van het verzoek tot verhuizing altijd rekening houden met het belang van de kinderen. Hun belang staat voorop. Dat is soms lastig voor de ouders, omdat zij andere dingen belangrijk vinden voor hun kinderen. In de regel loopt de rechter bij een gewenste verhuizing de volgende criteria na:
Het is niet zo dat als je aan alle criteria voldoet dit automatisch betekent dat je ook mag verhuizen. Of dat jouw ex-partner vervangende toestemming krijgt. Uiteindelijk wordt een afweging van belangen gemaakt, waarbij, zoals gezegd, het belang van de kinderen voorop staat.
Verhuist jouw ex-partner samen met de kinderen zonder jouw toestemming? Dan kun je de rechter in een kort geding om een verbod tot verhuizing vragen. Of om een gebod om terug te verhuizen. Aan het verbod om te verhuizen of gebod om terug te verhuizen kan de rechter op verzoek een dwangsom verbinden.
Als een ouder alleen het gezag over de kinderen heeft, kan hij/zij in principe zonder toestemming van de andere ouder verhuizen. Als niet-gezaghebbende ouder sta je dan met lege handen. Vanwege de impact die dit op de kinderen heeft, zie je steeds meer rechters die ook in die situatie een verbod of gebod opleggen. Zeker als sprake is van een ruime omgangsregeling.
Wil je meer weten? Neem dan vooral vrijblijvend contact met mij op via 076 – 204 5565 of katinka@verdeadvocatuur.nl. Of vul het contactformulier hiernaast in. Ik neem dan zo snel mogelijk contact met je op.